Armeniers

IMG_20150430_034414 IMG_20150430_034342 IMG_20150430_034316 IMG_20150430_034244 Wachtend in de luchthaven van Jerevan op mijn vlucht naar Kiev loop ik nog eens door de foto’s van afgelopen reis. Ik heb een heleboel aardige, mooie Armeniers ontmoet. En ik heb nog maar zelden zoveel vriendelijke en beschaafde mensen in zo korte tijd ontmoet. Hulde voor de Armeniers.

Armeense begraafplaatsen

Ik wordt op reis ook altijd aangetrokken door begraafplaatsen. Ze hebben vaak een bijzondere sfeer en als je goed kijkt leer je van de doden een heleboel over de geschiedenis van een land. Daarin ben ik niet de enige fotograaf. Ik weet van gewaardeerde collega’s als Ad Nuis en Henk Braam dat zij ook graag op begraafplaatsen rondneuzen. In Armenie worden veel graven opgesierd door een foto van de overledene. Niet zo’n klein fotoootje, maar een die de hele grafsteen beslaat. De afbeelding wordt op een of andere manier in de marmeren steen gedrukt. Altijd in zwartwit, maar zonder echt wit, zwartgrijs dus eigenlijk.  Op een of andere manier lijkt het zelfs of al die foto’s door dezelfde fotograaf gemaakt zijn, zo stijlvast zijn ze. Het zijn vaak prachtportretten. Loop je rond tussen de graven dan kijken ze je allemaal aan. Het voelt soms een beetje als een verwijt. Maar ja, ik leef nou eenmaal nog, die mazzel hebben zij niet meer. Daar is de mooie dame met het zilveren halssnoer, daar de tragisch verongelukte jongen van elf en daar de soldaat die sneuvelde in de oorlog om Karabach.

Toen ik gisteren langs de begraafplaats in Goris liep klonk er een hartverscheurend schreien van een vrouw die om haar moeder weende. De kreten mama mama kaatsten tegen de rotsen van de berghelling. Bij de ingang stond een taxi te wachten. Even later stapte de bedroefde vrouw ondersteund door een andere vrouw, mischien haar zuster, in de taxi. De chauffeur doofde zijn peuk, startte de wagen en reed de helling omlaag, terug naar de levenden.

ale foto’s copyright Bert Spiertz. Voor ieder gebruik van foto’s is toestemming vereist

IMG_2491 IMG_2487 IMG_2798 IMG_2799 IMG_2796 IMG_2795 IMG_2794 IMG_2793

Vluchteling na 25 jaar

In de deels verwoeste stad Shushi wonen veel Armeniers die in de jaren 90 gevlucht zijn uit Azerbeidzjan waar ze niet meer veilig waren toen het conflict rond Nagorno Karabach losbarstte. De meeste vluchtelingen hebben huizen en flats betrokken die noodgedwongen verlaten werden door mensen van Azerbeidzjaanse komaf die in omgekeerde richting moesten vluchten toen de Armeniers Shushi veroverden op het Azerbeidzjaanse leger. In totaal waren er bijna 1 miljoen mensen op drift aan beide kanten. Etnische zuivering in de praktijk. Na ruim 25 jaar is de situatie van veel vluchtelingen nog steeds moeilijk. Er is vrijwel geen werk in Shushi en velen overleven dankzij hun moestuin en geringe ondersteuning van enkele NGO’s.

In Shushi many Armenian refugees from Azerbeidzjan live in houses that were deserted by their former Azerbazjani inhabitants when they left to Azerbeidzjan after the Armenians had conquered the town.

All photo’s copyright Bert Spiertz. Any copying or publishing of these images is illegal

IMG_20150426_164719 IMG_20150426_164502 IMG_20150426_164304 IMG_20150426_164054 IMG_20150425_202031 IMG_20150425_201034

Armenian genocide: a hundred years ago

IMG_20150424_194710In Stepanakert, Nagorno Karabach I witnessed the centennial of the Armenian genocide. In this internationally unrecognized republic the genocide is linked for many people to the conflict that Karabach has with Azerbeidzjan. And that country is a close ally to Turkey.

All photo’s copyright Bert Spiertz. Any use without prior permission is illegal !

IMG_20150424_192834IMG_20150424_192809IMG_20150424_192752

All photo’s on this blog: COPYRIGHT BERT SPIERTZ. se without permission is illegal

IMG_20150424_192644IMG_20150424_192626IMG_20150424_192523IMG_20150424_192445IMG_20150424_192425IMG_20150424_192354IMG_20150424_192328

Ghosttown

Op een berg boven Stepanakert ligt Shushi. Je rijdt er in twintig minuten naartoe.    Maar het is ook twintig jaar terug in de tijd. Is er in Steanakert niets meer te zien van de oorlog van 91-94, Shushi is een en al herinnering aan die oorlog. Deze stad is nog steeds grotendeels verwoest en staat vol met ingestorte en kapotgeschoten gebouwen. Er is hier en daar wat herstelwerk gedaan en er staan nu ook wat nieuwe gebouwen, waar onder een paar musea, maar als je er rondloopt heb je echt het gevoel in een ghosttown te zijn. Vooral omdat er nog maar heel weinig mensen zijn in Shushi.           Ik was er op een zeer mistige dag wat de macabere sfeer nog vergrootte..

In Shushi woonden vroeger veel Azerbeidzjanen. Tijdens de oorlog bestookte het Azerbeidzjaanse leger vanuit Shushi de lager gelegen stad Armeense stad Stepanakert maandenlang met onder meer mortiergranaten en bommen. Met een inmiddels legendarische aanval wisten de Armeniers uiteindelijk Shushi te veroveren op de Azerbeidzjanen. In die strijd werd de stad vrijwel helemaal verwoest. Alle Azerbeidzjaanse inwoners vluchtten het Azerbeidzjaanse leger achterna naar Azerbeidzjan. Een complete etnische zuivering. Shushi was bijna helemaal leeg aan het eind van de oorlog. Enkele duizenden Armeniers die in omgekeerde richting waren gevlucht, vanuit Azerbeidzjan, trokken in de nog bewoonbare flats. Ze wonen er nog steeds, hebben geen werk en geen geld. Er is helemaal geen activiteit in Shushi, zelfs geen winkels. De Azerbeidzjaanse moskeeen getuigen nog van de glorietijd, evenals de vele prachtige oosterse villa’s, de meeste zonder dak en met instortende muren.        Wel is er een mooie witte Armeense kathedraal gebouwd.

IMG_20150423_143647 IMG_20150423_143314 IMG_20150423_143205 IMG_20150423_142905 IMG_20150423_142717 IMG_20150423_142416 IMG_20150423_142112 IMG_20150423_141643

verkiezingscampagne

IMG_20150422_193425

Ik ben nu een paar dagen mee geweest op verkiezingscampagne met Arewik. Zij is lid van het parlement van Nagorno Karabach voor de Democratic Party.

De vergelijking dringt zich op met de verkiezingstoernee van pakweg Alexander Pechtold of meneer Buma. Maar hier gaat het een tikkeltje anders.

We rijden vandaag naar een dorp waar de inwoners op een of andere manier tot de verwanten van Arewik horen. Alle verwantschap betekent dat je bij elkaar hoort, al is het achter achterneef in de derde graad.

De mensen stemmen hier namelijk niet op een partij maar op een persoon die ze kennen en die tot hun “clan” behoort. Die partijen zijn er hoofdzakelijk omdat dat zo hoort in een democratie.

Ook Arewik’s broer veel oudere broer Karo gaat mee. Dat Karo van een andere partij is dan Arewik maakt niet uit. Hij is haar broer en daarom hoort hij erbij.

In het dorp aangekomen delen ze even wat foldertjes uit aan een paar rondhangende jongelui en dan gaan we gauw naar het huis waar we blijkbaar verwacht worden. Daar is de tafel gedekt met een heleboel schalen en schotels die kriskras door elkaar en op elkaar op tafel staan, omgeven door flessen drank.

Ik ontdek dat mijn aanwezigheid de campagne vanzelf extra cachet geeft, alsof ik een vertegenwoordiger van een vreemde mogendheid ben,  hoewel de naam Holland bij de  dorpelingen niet veel meer dan wat vragende blikken oproept.

Nadat ik uitgebreid ben bekeken en begroet krijg ik de keuze voorgelegd of ik wodka wil uit de ene karaf of de andere of nog een andere, allemaal uit eigen productie.

Iedere vijf minuten wordt er getoast op alles en iedereen en vooral op de vrede. Het spul zet mijn tong en keel in vuur en vlam. Nippen dus en niet in een keer naar binnen gieten zoals de mannen hier doen. De reguliere wodka van Gall en Gall is vergeleken bij dit spul een slap goedje. De vrouwen lopen af en aan en houden nauwkeurig bij welke schalen moeten worden bijgevuld maar ze schuiven zelf niet aan.

Intussen belanden op een of andere manier op mijn bord steeds grotere stukken kip, varken, vis, en aardappels. Ik doe mijn best, maar het is pas een uur in de middag en zou het liever bij wat brood en tomaten met augurken houden, maar het nadeel daarvan is dat de drank je dan des te sneller doet omvallen.

De snelste drinker is Karo die ook de oudste aan tafel is. Held van de oorlog tegen Azerbeidzjan, maar dat wordt van bijna elke man van boven de 40 gezegd. Karo is de eerste die begin te declameren. Wat hij zegt ontgaat me volledig, maar ik hoor later dat het teksten zijn van een oude Karabachse dichter over nationale  waarden en zo.

Dan begint een van de zonen des huizes te zingen. Je hoort de nabijheid van het Midden Oosten in de klanken. De glaasjes worden weer gevuld en het wordt hoe langer hoe luidruchtiger. De sterke verhalen komen los. Het wordt mij te machtig. Ik ben na het derde glaasje wodka overgegaan op water dat dezelfde kleur heeft en gelukkig ziet een van de zonen dat ik even wat frisse lucht nodig heb.

Hij zal me de tuin en het uitzicht laten zien. Het is prachtig. Is dit niet de plek waar ik altijd had willen wonen? De ruwe stenen van de huizen, de fruitbomen in bloei, de kippen en varkens die vrijuit rondscharrelen en daar in de verte liggen heel hoge besneeuwde bergen….De zoon ziet mij kijken, spuwt op de grind en zegt: Persia.

Ik wil meteen corrigeren. Ben namelijk een Hollander  Dat land heet tegenwoordig Iran. Ik hou me nog net in. Perzie klinkt toch veel mooier en zo heeft dat land achter de sneeuwbergen voor hun altijd geheten en zo blijft het dus ook heten. Ooit zal het misschien ook weer officieel zo heten.

Eindelijk komt de maaltijd tot een einde. Karo moet in de auto worden geholpen. Ik voel me wonderbaarlijk nuchter. De chauffeur die gewoon heeft meegedronken weet de startknop te vinden en we hobbelen het dorp uit, nagewuifd door alle dorpelingen, kippen, varkens en katten. Karo zit intussen al met zijn hoofd tegen het raampje te snurken. Arewik kan tereden zijn, weer een stuk of dertig stemmen gewonnen. Het is vooal veel eten en drinken zo’n campagne….

Airport Nagorno Karabach, no flights today

IMG_20150421_190252

Dit is een van de twee vliegtuigen van de luchtvaartmaatchappij van Nagorno Karabach. Het is een Amerikaans Zenith vliegtuigje met twee stoelen.Het tweede toestel dat ze hebben is identiek. De directeur van de luchthaven heeft mij persoonlijk rondgeleid, begeleid door zijn lieftallige assistente. De directeur heeft verder ook vrijwel niets te te doen want luchtverkeer is er niet. Die twee vliegtuigjes stijgen af en toe op om gewas te besproeien, meer niet. De luchthaven is gloednieuw, alles is aanwezig, van beveiligingspoortjes tot bagagebanden. Alles is betaald door rijke Armeniers in het westen. De start en landingsbanen worden goed onderhouden. Er is alleen nog nooit een vliegtuig in Nagorno Karabach aangekomen. Azerbeidzjan wil het namelijk niet. Dat beschouwt het luchtruim boven Karabach ook als zijn territorium. De Azeri’s hebben duidelijk gemaakt dat ze elk toestel dat in Stepanakert opstijgt of wil landen uit de lucht zullen schieten. En dat kunnen ze makkelijk met een luchtmachtbasis vlak over de grens.

De directeur steekt nog eens een sigaret op. Zijn assistente zet de kopjes op tafel voor de thee. Zo wachten ze op de dag…ooit…dat de vrede met Azerbeidzjan wordt getekend en de vliegtuigen met passagiers komen.

IMG_20150421_191124

IMG_20150421_190422

IMG_20150421_190450

IMG_20150421_190918

IMG_20150421_190733

IMG_20150421_201139

Jong in Karabach 2

Vandaag op de universiteit van Stepanakert in Nagorno Karabach deze twee jongedames gesproken. Ze staan voor een paneel met een tentoonstelling over de genocide  Ze studeren beide rechten. Advocaat worden lijkt ze wel wat. Ik vroeg of dat een voor vrouwen goed toegankelijk beroep is hier wat volgens hun zo was. Ik zie veel vrouwen op de universiteit…correctie, ik zie bijna alleen maar vrouwen….

Hun wedervraag aan mij was of ik de genocide erken. Oeps, dat is de ultieme gewetensvraag hier. Ik begin steeds meer te beseffen hoe enorm belangrijk dat hier is. Het ergste wat je hier kan doen is de genocide niet erkennen. Ik antwoord dat de EU en zelfs de Paus de genocide hebben erkend, dus wie ben ik.

“We really hate Turkey”, zei het meisje dat links staat. Ze is negentien jaar en komt uit een klein plaatsje ergens in Karabach en woont tijdens haar studie bij een tante hier in Stepanakert. En haar hele leven heeft ze gehoord van de genocide, wat haar volk is aangedaan door de Turken. Het is verplicht haten. Haat leidt blijkbaar altijd tot meer haat.IMG_20150420_190041

jong in Karabach

Na drie dagen in Stepanakert, de kleine hoofdstad van Nagorno Karabach, ben ik al een beetje een bekende figuur aan het worden in het stadje dat ongeveer 50.000 inwoners heeft. Niet dat ik er last van heb, Het enige lastige is dat is de meeste mensen niet versta. Ze spreken Karabach-Armeens en Russisch en van dat laatste ken ik maar een paar woorden zoals spassiba en karasjo. Dus dat zeg ik vaak, maar je bouwt er geen boeiende conversatie mee op. Gelukkig kom ik zo af en toe een paar jongelui tegen die op de plaatselijke highschool zitten..en daar kan ik engels mee praten. Het stelletje op deze foto bijvoorbeeld. Leuke lui, heel geinteresseerd in mij en dat was wederzijds. Of ik niet bang ben in Katabach vroegen ze. Bang…? Zijn zij dan zelf wel bang vroeg ik. Nee, maar wij hebben het ons hele leven meegemaakt, “de situatie” zoals ze het noemden. De situatie..? Dat onze vijanden om ons heen zijn en we straks klaar moeten zijn om ons land te verdedigen…zo zeiden ze het echt.

Kijk, dat hoor je in Nederland nou nooit een jongere zeggen. De jongen links in het groepje was een echte wizzkid volgens mij. Hij wilde internationaal recht gaan studeren. Om te zorgen dat Karabach internationaal erkend wordt? Is internationaal recht daarom hier zo’n populaire studie? In ieder geval wilde hij de studie liever gaan doen in Yerevan dan in het nogal dooie Stepanakert. Want eerlijk waar….veel te doen is er niet in Nagorno Karabach. Er zijn in de stad twee pizzeria’s en een paar cafees, nachtclubs en disco’s. En nog een paar sjieke restaurants bij dure hotels, maar die mijd ik natuurlijk. Verder is het een opgeruimd en schoon stadje, met een heus parlementsgebouw en een presidentieel paleis dat nog stamt uit de Sovjetperiode. De mensen zijn vriendelijk en totaal niet opdringerig. Er heerst een vanzelfsprekende rust en orde. Iedereen is wel op een of andere manier bekend met iedereen. Het is een heel hechte gemeenschap wat natuurlijk versterkt wordt door “de situatie”. Dat is misschien een voordeel als je een aartsvijand hebt die twintig kilometer verderop klaar staat om je te vermorzelen als hij de kans krijgt. Vanaf een heuvel zie je Azerbeidzjan en de bestandslinie duidelijk liggen. Vorige maan zijn er bij die linie nog drie Armeense soldaten omgekomen bij een schietincident en afgelopen week weer een. Komt regelmatig voor. En dat zit bij deze kids diep in de hoofden….

IMG_2440

van Yerevan naar Nagorno Karabach

Dat is een rit in een minibus van zo’n zeven uur. Vliegen kan niet, want Karabach heeft geen funtionerende luchthaven. Het is een reis naar een behoorlijk geisoleerd, niet internationaal erkend landje. Onderweg een aantal hoge bergpassen overgestoken waar nog volop sneeuw lag. Beren en wolven voelen zich daar vast goed thuis.

_MG_2274 _MG_2271 _MG_2269

 

Dan komen we bij de grens tussen Armenie en Nagorno Karabach. Geen officiele grens, want hij staat op geen enkele landkaart, behalve de Armeense. Maar het gaat er wel heel officieel aan toe. Een grenskantoor met een loket waar een geuniformeerde beambte mijn paspoort bekijkt. Wel vriendelijk. Ik krijg een brifje mee waaroo staat dat ik mij in Stepanakert moet melden bij het ministerie voor een echt visum.

facebook armenie _MG_2280